Oestrogeentherapie? Minder parodontitis!

Bij postmenopauzale vrouwen onder oestrogeentherapie tegen osteoporose ligt de prevalentie van parodontitis lager dan bij die vrouwen in de menopauze die geen oestrogenen innemen. Het is meteen een van de weinige studies die dit verband in kaart brengt.

 

Het verband tussen osteoporose en parodontitis is wel vaker het onderwerp van internationale studies geweest. Dat een osteoporosetherapie de alveolaire botdestructie vermindert is ook bekend. Maar slechts weinig studies hebben het effect bestudeerd van een osteoporosebehandeling met oestrogenen op parodontitis. Een Braziliaanse studie heeft geprobeerd om dit nu van naderbij te onderzoeken. Zo’n 113 postmenopauzale vrouwen kregen een behandeling, 379 vrouwen in de menopauze niet. De resultaten liegen er niet om: bij de groep onder osteoporosetherapie waren er maar liefst 44% minder gevallen van ernstige parodontitis, in vergelijking met de groep die geen behandeling kreeg, zelfs na correctie van andere variabelen zoals rookgewoonten, leeftijd, gezinsinkomen en aantal bezoeken aan een tandarts. Toch zijn er enkele bemerkingen bij deze resultaten. Bij de osteoporosetherapie kregen de vrouwen niet alleen oestrogenen, maar ook uiteraard calcium- en vitamine D-suppletie, waarvan men al langer weet dat deze bestanddelen ook een positieve impact kunnen hebben op parodontitis. Dat de Braziliaanse onderzoekers dit niet verder hebben onderzocht, komt wel vaker als kritiek op deze studie naar boven drijven. Ook zijn er vragen bij de veiligheid op lange termijn van een oestrogeentherapie. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

 

Bron: Menopause 2017